Nettoloon omhoog, ten koste van extra uitgaven

Voor vrijwel elke werkende is er goed nieuws; het nettoloon gaat omhoog. Dit betekent echter niet dat voor iedereen de koopkracht stijgt. Met name de modale inkomens gaan de kosten flink zien stijgen.

Dat blijkt uit berekeningen van salarisverwerker ADP. Werkenden met een minimumloon (1616 euro bruto per maand) gaan er maandelijks gemiddeld 38 euro op vooruit. Voor de modale inkomens (2778 euro bruto per maand) wordt er maandelijks 56 euro extra overgehouden. Dit is net zoveel als voor de inkomens die tweemaal modaal verdienen.

De belofte van het kabinet dat iedereen er op vooruitgaat, klopt. Werknemers met lagere inkomens profiteren van de lagere belastingtarieven. Hogere inkomens profiteren iets minder. Dit komt omdat de arbeids- en heffingskorting versneld afgebouwd worden. Het komt erop neer dat de belastingkorting minder wordt naarmate het inkomen stijgt.

Btw-verhoging

‘Een hoger nettoloon leidt niet automatisch tot meer koopkracht voor iedereen’, zegt Martijn Brand, directeur van ADP. ‘Aan voeding is een modaal gezin met twee kinderen door de btw-verhoging al 15 euro per maand meer kwijt. Aan energie is dat 23 euro en aan de ziektekostenverzekering 10 euro.’ Dit is bij elkaar een extra kostenpost van 48 euro per maand. Dit tegenover de stijging van het minimumloon van 38 euro. Kan je dan wel zeggen dat de lagere inkomens er op vooruit gaan? Of is dit slechts een mooi verhaal voor de buitenwereld?

De loonstijging verschilt echter wel per sector. Zo gaan werknemers in de bouw met een minimumloon er maandelijks 44 euro op vooruit. In de sector overheid en metaal en techniek gaan de minimumlonen er maar met 33 euro op vooruit.

De grote verschillen komen door hogere of lagere premies voor pensioenen, werkloosheid en arbeidsongeschiktheid. Zo gaat er bij de overheid een deel van de loonstijging direct naar het pensioenfonds omdat de premie stijgt.

About Post Author

Hans Van Amsterdam

See author's posts